- Zowel grote als kleine bedrijven zien de toekomst zonnig in. Althans, als het gaat om de komende twaalf maanden.
- Kleine bedrijven met ongunstige verwachtingen hebben mogelijk meer last van het aflopen van coronasteunmaatregelen dan grote bedrijven.
- Gekeken naar regio’s zijn ondernemers in Noord-Brabant het meest optimistisch en in Zeeland het minst.
Het overgrote deel van de bedrijven ziet de komende twaalf maanden met vertrouwen tegemoet. Al zijn kleinere bedrijven iets minder positief dan grotere bedrijven.
Dat blijkt uit de Conjunctuurenquête Nederland die is uitgevoerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Kamer van Koophandel (KvK). Voor alle bedrijven samen – zowel grote als kleine – geldt dat ruim 89 procent de vooruitzichten voor de komende twaalf maanden positief inziet.
De infographic van de KvK hieronder toont welke bedrijfstakken het meest optimistisch zijn over het komende jaar.
Kleine bedrijven met 5 tot 20 werknemers
Van alle bedrijven zijn kleinere bedrijven met 5 tot 20 werknemers met ruim 86 procent iets minder positief. Van deze ondernemers heeft 9,4 procent groeifinanciering nodig om te kunnen investeren in bedrijfsmiddelen en werkkapitaal voor voorraden en personeelskosten, zegt KvK-adviseur Angèle Magré.
Van de kleine bedrijven met een ongunstige verwachting voor het komende jaar heeft slechts 2,4 procent behoefte aan extra geld. Volgens Magré kan dit bijvoorbeeld nodig zijn om (achterstallige) betalingen aan leveranciers, de verhuurder en de Belastingdienst te voldoen.
Het kan zijn dat de periode van uitstel en tijdelijke huurverlaging voorbij is en de betalingen weer moeten starten. Magré vermoedt dat dit minder speelt bij grotere bedrijven. "De grotere bedrijven hebben hoogstwaarschijnlijk geleerd van de kredietcrisis en hebben meer vet op hun botten.”
De onderstaande infographic laat zien in hoeverre kleine bedrijven met 5 tot 20 werknemers positief zijn over de komende twaalf maanden.
'Faillissementen blijven mogelijk beperkt door coronasteun'
Kleinere bedrijven stoppen vaker dan grotere bedrijven met een schuld en zonder faillissement, al gaat het om een beperkt aantal. Horecabedrijven stoppen het vaakst met een restschuld (0.4 procent), gevolgd door handel (0,3 procent), bouwnijverheid (0,1 procent) en overige branches (minder dan 0,1 procent).
Over het algemeen verwachten bedrijven, zowel grote als kleine, een laag percentage (0,1 procent) faillissementen. De bedrijfstakken die het vaakst een faillissement zien aankomen zijn overige dienstverlening (0,9 procent), handel (0,2 procent) en de industrie (0,2 procent). Volgens Magré blijft het aantal faillissementen mogelijk beperkt door coronasteunmaatregelen als de NOW, TVL en belastinguitstel.
Gekeken per regio zijn ondernemers in Utrecht het vaakst (0,4 procent) gestopt zonder faillissement en met een restschuld, terwijl ondernemers in Flevoland het vaakst (0,5 procent) verwachten failliet te gaan.
Positief in Noord-Brabant
Ondernemers die het komende jaar positief inzien en geen financieringsbehoefte hebben zitten het vaakst (84,6 procent) in Noord-Brabant. In Zeeland zijn ze met 16,5 procent het minst positief.
De onderstaande infographic van de KvK toont de top 5 positiefste en somberste provincies.
Magré van de KvK merkt op dat ongunstige verwachtingen in Limburg niets te maken heeft met de watersnood deze zomer. Deze vond half juli plaats terwijl de gegevens voor dit onderzoek begin juli zijn verzameld.
[activecampaign form=30]
Lees meer over het MKB:
- Terugbetalen belastingschuld van coronacrisis kan 5 tot meer dan 20 maanden aan winst wegvagen – verschillen per sector zijn groot
- ABN Amro biedt voorschotdienst aan MKB bij uitbetalen van facturen: bank betaalt 90% uit met factuur als onderpand
- Kleine bedrijven met maximaal 4 werknemers lopen grootste risico om failliet te gaan in de aanhoudende coronacrisis